- 1 kilogram kastanjes
- 200 gram suiker
- 1 Vanillestokje
- 500 gram verse room
- 3 eetlepels poedersuiker
- Maak een sneetje in de kastanjes, doe ze in een braadpan en voeg daar koud water aan toe. Laat het, op een matig vuurtje, zo’n 30 minuten koken. Laat de kastanjes daarna geleidelijk uitlekken en haal, wanneer ze nog warm zijn, de schil en het binnenste velletje eraf en doe ze in een braadpan. Doe er warme room bij en voeg het vanillestokje, in de lengte gebroken in twee stukjes, erbij.
- Laat dit nog zo’n 40 minuten zachtjes koken, totdat ze zacht geworden zijn. Haal de kastanjes uit de room en laat ze uitdruipen in een zeef. Doe de puree weer terug in de braadpan, zet deze op het vuur, doe er de suiker bij en roer er op een middelmatig vuurtje regelmatig doorheen met een pollepel.
- Ga hier zo’n 5/6 minuten mee door totdat het mengsel loslaat van de zijkant en het een hoopje vormt. Doe de puree in een pureeknijper en knijp zodanig dat het er in dikke spaghettislierten uitkomt. Laat dit in hoorntjesvorm neerkomen op een ronde schaal. Klop de room op en voeg er geleidelijk de poedersuiker aan toe en bedek het toetje hier zodanig mee dat het een ‘monte bianco’, ofwel witte berg wordt. Je kunt het toetje verder nog versieren met wat marron glacé.
Buon appetito!!