Als je aan de noordoostelijke regione Veneto denkt, denk je aan Venezia. Aan de Rialto-brug, het Piazza San Marco, de gondole en vooral aan romantiek. Maar is Venezia nog wel zo romantisch, met al die ‘see Venice in 3 hours' toeristen en made in China maskers? Heeft Veneto niet meer te bieden? Ik heb Venezia gelaten voor wat het was, en me dit keer geconcentreerd op het gebied rondom Venezia: de omliggende eilandjes, de kust en de dorpjes iets verder het binnenland in. Onze gids verzekerde ons: dát is pas echt romantiek! Romantiek of niet: na 5 dagen was ik overtuigd: Veneto heeft inderdaad veel meer te bieden dan alleen Venezia.
Al sinds mijn achtste kom ik jaarlijks (en het liefste meerdere keren per jaar) in Italia; voor vakantie, voor werk, voor stage. Maar dat is altijd aan de westkust, in de buurt van Roma of nog zuidelijker. En dat was dus ook ‘Italië' voor mij. Ik was nog geen vijf minuten geland in Venezia en liet het thuisfront al weten per sms: ‘Wat een verschil met het Italië dat ik ken! Het is hier veel schoner, mooiere huizen, de wegen zijn beter....ze spreken hier zelfs Engels!'. Een totaal nieuwe ervaring.....
De oude dorpjes
Concordia Sagittaria, Altino, Sesto al Reghena, Portobuffolè.... Stuk voor stuk prachtige kleine dorpjes die bij de meeste mensen geen belletje zullen doen rinkelen. Ook ik had er nog nooit van gehoord, en ik denk ook niet dat ik er ooit terecht was gekomen zonder een gids! Nu ga ik meestal liever zelf op ontdekking uit in een stad, in mijn eigen tempo, met zelf verzamelde informatie, dan dat ik met een groepje en een gids meesjok. Maar in dit geval kan ik iedereen aanraden dit gebied met een gids te bezoeken. In elk dorp was de gids een local, wiens familie al generaties lang daar vandaan kwam. Zij hebben ook echt iets met de omgeving en de geschiedenis ervan. En door het enthousiasme in hun verhalen werd ik besmet!
De dorpjes waren ooit commercieel gezien heel belangrijk in Italia, door de aanwezigheid van rivieren en de belangrijke wegen richting Noord- en Zuid-Europa. Commercieel belangrijk, en dus interessant om te veroveren voor de Barbaren! Door deze veroveringen, in de 5e eeuw, trokken de inwoners van deze dorpjes naar veiligere plaatsen. Gevolg was dat in veel van deze dorpen nu bijna niemand meer woont; ik vond het soms bijna treurig om te zien...
Maar natuurlijk had dat ook z'n voordelen; waar geen huizen staan, kunnen opgravingen worden gedaan. In Altino en Concordia Sagittaria zijn bijvoorbeeld bijna complete Romeinse nederzettingen bewaard gebleven! Grote delen van deze Romeinse overblijfselen zijn inmiddels opgegraven, maar Italia zou Italia natuurlijk niet zijn als de subsidie voor het opgraven van de overgebleven gebieden, niet al jarenlang op zich laat wachten.
De nieuwere dorpjes
Behalve die oude dorpjes, zijn er in de omgeving van Venezia natuurlijk ook wat levendigere en modernere dorpen. Portogruaro, wat verder het binnenland in, bleek meer dan alleen een verkeersknooppunt; de stad is prachtig en staat bekend om zijn watermolens, de vele winkels, studenten, goede restaurants, en een jaarlijks jazzfestival. Piccola Venezia, zei de eigenaar van het restaurant waar we zó uitgebreid lunchten, dat ik de rest van de dag niets meer kon eten! Heerlijke antipasti, pasta met paddenstoelen, rundvlees met rucola en balsamico, maar voornamelijk streekproducten waar ik in het begin toch even aan moest wennen, zoals granseole, spinkrabbetjes en polenta. Nooit gedacht dat ik polenta nog eens lekker zou gaan vinden! Ooit gruwelde ik van die gelige pap met die nare structuur. Maar ja, zoals alleen een Nederlander lekkere boerenkoolstamp maakt, zo maakt alleen een Italiaan uit het noordoosten lekkere polenta. Een aanrader!
Even verderop aan de kust, in het rustige haventje van Cavallino zie je de mooiste jachten, maar even verderop bevindt zich wel de grootste camping van Europa. Eraclea Mare ligt op zijn beurt verscholen tussen de pijnbomen. Vanuit het pittoreske haventje kun je tochten op zee maken met je eigen of een gehuurde boot (inclusief personeel!). Wil je genieten van echte Italiaanse gastvrijheid, dan is dit laatste aan te bevelen. We voeren een hele dag door de lagune van Venezia met twee kapiteins, die tevens dienst deden als kok. Het was nog 's ochtends vroeg toen we vertrokken, we hadden net ontbeten, maar we werden ontvangen met een glas witte wijn... En daar bleek pas echt het verschil tussen het ‘gestresste Noorden' en de ‘relaxte Italiaan'.
‘s Ochtends vroeg al aan de wijn!? 'Als ik maar niet zeeziek word', dacht ik. En zetten ze die fles echt los op tafel? Terwijl we op een boot tegen de golven in voeren!? Nee, echt ontspannen was ik niet, mijn blik dwaalde telkens af naar die fles. Als ie maar niet om zou vallen... Nee, volgens de twee Italiaanse capitani kon er niks gebeuren; ze deden dit elke dag, de fles zou echt niet vallen. En als ie wel zou vallen, hadden ze toch altijd nog een paar flessen in de koelbox! Terwijl ze de boot bestuurden, bereidden ze cozze in guazzetto, mosselen met een saus van knoflook, tomaat en olie, en spaghetti alle vongole, die ze 's nachts zelf gevangen hadden. En natuurlijk dronken ze intussen gezellig een glaasje met ons mee. Over cultuurverschil gesproken!?
En dit is nog niet alles.... lees verder!