Ook al haal je normaliter wellicht je neus op voor elektrische fietsen, zeker weten dat dit niet zal gebeuren bij de E-MTB. Die uitvoering van de mountainbike blijkt voor menigeen een openbaring. Je hoeft namelijk geen geoefend fietser te zijn om toch op de fiets te kunnen genieten in de bergen en valleien. Stiekem zijn heel wat wegen namelijk toch falsopiano, ‘vals plat’; op een gewone fiets zou je flink aan het ploeteren zijn, maar met een E-MTB zet je een tandje bij en voel je geen centje pijn. Een dag fietsen afwisselen met een dag wandelen is ook fijn voor je spieren. Ander voordeel is dat tutta la famiglia, het hele gezin, kan meedoen: van jong tot oud, van ongetraind tot sportief. Je huurt een (halve) dag een fiets en maakt de prachtigste tochten. Het staat buiten kijf dat je op een E-MTB een onvergetelijke ervaring tegemoet gaat.
Huur bijvoorbeeld een E-MTB in Pinzolo en rijd vanuit daar het Val Genova in, waar ook het Parco Naturale Adamello Brenta zich bevindt. Het duurt een paar kilometer voor je aan het begin van het nationale park bent, maar ondertussen kun je wennen aan je fiets. Je fietst in eerste instantie nog over strade asfaltate, verharde wegen, maar ook strade sterrate, onverharde wegen, berijd je met gemak.
Je raakt gewend aan de kracht van de fiets; als de accu aan staat en je trapt, lijkt het net of je het gaspedaal van een Ferrari aanraakt; voor je het weet, zoef je zonder inspanning en op snelheid weg op je fietsje. Een hele openbaring! Hierdoor hebben de overige zintuigen het ook druk; je ziet i terreni, het landschap, wisselen; je ruikt de geur van vers gemaaid gras; je hoort de vogels fluiten, even verderop tsjirpen de krekels. Dan weer hoor je de wind ruisen door de abeti, sparren, hoor je flarden van de altijd kwetterende Italianen of het kabaal van de met smeltwater gevulde snelstromende rivier waar je langs fietst...
Cascate Nardis
Eenmaal in het Parco Nazionale Adamello Brenta voert de tocht langs de meer dan 130 meter hoge Cascate Nardis. Als je ziet met wat voor geraas en gedonder het van de Presanella gletsjer afkomstige smeltwater naar beneden komt, vraag je je af wanneer de gletsjer gesmolten is. Het is spectaculair om te zien en naar verluid een van de mooiste watervallen van Trentino. Je voelt de door de wind meegevoerde verfrissende spettertjes van de huizenhoge cascate, watervallen, van Nardis op je huid...
Een prikkeling voor alle zintuigen…
Omdat de Nardis waterval aan het begin van het Parco Naturale ligt, is het er wat drukker met wandelaars en fietsers. Je kunt even een caffè pakken, maar kunt ook verder fietsen, de luwte in. Ook in het hoogseizoen kom je vervolgens amper iemand tegen. Het landschap en uitzicht wisselen doorlopend. Je kijkt je ogen uit, voelt de temperatuurverschillen tussen het schaduwrijke bos en de open vlakte waar de zon picchia, brandt, op je huid, je ruikt de profumo del bosco, bosgeur. Doordat je niet al je energie in het fietsen hoeft te steken en je ademhaling onder controle kunt houden, fiets je zonder problemen 40 kilometer de bergen in.

Op het eind van de vallei bij Rifugio Mandrone
Je einddoel van de tocht kan natuurlijk de lunch zijn, bijvoorbeeld bij Rifugio al Bedolo, maar je kunt ook eerst nog even doorfietsen naar het einde van het dal, naar Malga Rifugio Mandrone. Het loont de moeite; op vlakte voor de rifugio blijken namelijk Haflingerpaarden rond te lopen die er vrij grazen. Je loopt en fietst er tussendoor en de cavalli grazen rustig door. Het uitzicht op de voor je liggende Adamellogebergte is indrukwekkend. Omdat je op het hoogste punt bent aanbeland, weet je dat je je vanaf dat moment alleen nog maar naar beneden hoeft te laten glijden. Niente fatica, geen moeite, om dus bij je lunchadres te komen waar je je vijfde zintuig kunt aanspreken. Als je vervolgens toch een beetje moe maar voldaan aanschuift aan de pranzo, lunch, bij Rifugio Al Bedole, smaakt het eten des te lekkerder, zeker weten!

Lunchpauze bij Rifugio Al Bedole

Kerkje bezoeken, bidons bijvullen en dóór...
Na de lunch laat je je dus alleen maar naar beneden glijden, waarbij je wel even moet opletten als je besluit in Carisolo de Chiesa Santo Stefano te bezoeken. De via sterrata, onverharde weg, gaat namelijjk vrij steil naar beneden; afstappen en lopen is ook een optie. Het chiesetta, kerkje, is een gioiello, pareltje. Het bevindt zich boven op een uitstekende rotsformatie en zou rond 1244 zijn gebouwd op de plek waar een prehistorisch kasteel stond. Het bevat prachtige fresco’s uit 1600 met daarop o.a. Carlo Magno, Karel de Grote, die er volgens de legende een manuscript zou hebben achtergelaten over wat hij allemaal had bereikt. Vanuit de tuin bij de kerk heb je een magnifiek uitzicht over het Val Genova. Nog even de bidons vullen met water uit de pomp en fietsen maar weer, langzaam terug de warmte in: met iedere 100 meter hoogteverschil stijgt de temperatuur namelijk een graad….
Parco Naturale Adamello Brenta
Als je het 620.517 km2 grote Parco Naturale Adamello Brenta infietst, zie je in de verte de vette, toppen, van de 3500 meter hoge bergen van de Gruppo dell’Adamello. Normaliter zou die bedekt moeten zijn door sneeuw, maar wat je nu ziet is alleen nog de ghiacciaio, gletsjer, de sneeuw is aan het smelten en de locals verwachten dat ook die er door de opwarming van de aarde over 20 jaar niet meer is. Je kunt wel de gletsjer op maar moet dat wel altijd met een guida, gids, doen. Er zijn namelijk gevaarlijke crepacci, spleten waar je in kunt vallen.
Als je trouwens naar de gletsjer gaat, zorg dan dat je de avond tevoren overnacht in Rifugio Bedole (de eerste die je tegenkomt) of Rifugio Mandrone (aan de voet van de Gruppo dell’Adamello). Vervolgens vertrek je om 4 uur ’s nachts naar de gletsjer. Rond lunchtijd ben je dan weer terug. De reden dat de klim in de vroege ochtenduren gebeurt, zo laten we ons vertellen, is dat de sneeuw en ijs nog stabiel zijn en dat, mocht er iets gebeuren, eventuele hulptroepen nog voldoende tijd en licht hebben als ze moeten uitrukken.
Bijzonder is dat het Adamello en Presanella gebergte van een compleet andere steensoort is dan het naastgelegen Brenta Dolomiti. Het Adamello gebergte is van zeer hard roccia vulcanica, vulkaangesteente; de Brenta Dolomiti zijn van roccia granita, wat juist weer makkelijk brokkelt.
Je hoeft overigens niet bang te zijn voor veel autoverkeer als je in het natuurpark bent. Dit komt omdat je de auto aan het begin van het Parco naturale Adamello Brenta tegen betaling moet achterlaten; als je toch iets verder het park in wil met je auto, betaal je extra. Gelukkig komt nagenoeg iedereen voor de schone lucht en outdoor-activiteiten…

Een prikkeling voor al je zintuigen...