
Gli Italiani e il calcio
Er is maar weinig dat de Italiaanse maatschappij beter weerspiegelt dan het voetbal en er is maar weinig dat de Italianen meer bindt (of scheidt!) dan deze sport. Kortom; er is maar weinig dat de Italianen meer bezighoudt dan voetbal. Naast de in alle Latijnse landen aangeboren passie voor voetbal en de behoefte van met name macho mannen om eindeloos over voetbal uit te weiden zijn er een paar specifiek Italiaanse zaken opvallend.
Het Campanilismo, de Italiaanse neiging om - ver voor enige trots op het vaderland- in de eerste plaats zeer chauvinistisch te zijn over de eigen streek, of meer nog; de eigen stad (il campanile-de klokkentoren), versterkt natuurlijk de gevoelens voor de plaatselijke 'AC'.
In zo'n cultuur wordt de voetbalclub een belangrijk uithangbord. Niet alleen zie je deze sentimenten opduiken bij de ontmoetingen tussen de grote clubs uit de Serie A (bijvoorbeeld Romeinse tegen Milanese teams), maar ook bij regionale wedstrijden binnen provinciegrenzen in Toscane, Le Marche of Emilia Romagna kunnen de gemoederen hoog oplopen.
Je moet niet raar opkijken dat het nuttigen van je ochtend-cappuccino op een lekker terras ruw verstoord wordt door een menigte jongeren die luid toeterend, zingend en met vlagen zwaaiend zijn weg zoekt naar het plaatselijke stadion.
Een belangrijk voordeel: supportersgeweld komt veel minder voor dan in Engeland of Nederland doordat er nauwelijks sprake is van drankgebruik. Daarnaast is het zijn van supporter, Tifoso vaak een familie-aangelegenheid. Moeder maakt de vlaggen en de dochters vergapen zich aan de 'mooie jongens' in de elftallen (de mooie blauwe ogen van Paolo Maldini van AC Milan of vroeger Antonio Cabrini van Juventus).
Het grote verschil tussen Noord en Zuid
Ook het grote verschil tussen Noord en Zuid is in de voetballerij erg goed voelbaar. Het eerste nationale kampioenschap van voetbalclub SS Napoli in 1986 onder leiding van de Argentijn Diego Maradona veroorzaakte een onnavolgbaar volksfeest in Napoli, maar eigenlijk in heel zuid Italië.
Het betekende voor de Mezzogiorno (Zuid-Italië) het einde van een eindeloze periode van frustratie waarin ze nooit ook maar iets wonnen. Laat staan in het o zo belangrijke voetbal; en dus ook het einde van -zoals ze het zelf voelden- kleinering en zelfs discriminatie door die Polentoni ('Polenta-vreters') uit het Noorden.
Azzurri
Deze gevoelens kwamen nog een keer boven toen in 1990 het WK voetbal in Italië gespeeld werd en de thuisploeg de halve finale speelde tegen Argentinië ìn Napoli. Hadden de Azzurri (de Blauwhemden) in 1982, toen ze wereldkampioen werden in Spanje, nog gezorgd voor een zeldzaam gevoel van 'eenheid' (dus geen campanilismo! in het hele land; in deze wedstrijd keerde het Napolitaanse publiek zich tegen de 'eigen' ploeg, waarin bijna alleen spelers uit Torino en Milano stonden.
Het kwam in deze wedstrijd tot beslissende strafschoppen waarin 70.000 Napolitanen 'hun' Diego Maradona (tot vandaag nog steeds een echte heilige in Napoli) massaal toejuichten en de Milanees Donadoni uitfloten.
De laatstgenoemde miste zijn penalty en Italië lag eruit; de wraak van de Mezzogiorno was wederom zoet. In 2006 was het team, dat via strafschoppen wereldkampioen werd, samengesteld uit spelers van noordelijke en zuidelijke teams. Men heeft er dus van geleerd.
De Serie A. de Italiaanse hoogste klasse wordt zoals vanouds beheerst door de ploegen uit Milano, Torino en Roma. Het zijn toch voornamelijk de rijke clubs uit het Noorden die veel geld krijgen via de (internationale) televisierechten en daardoor van oudsher de beste buitenlandse spelers, Gli Stranieri kunnen kopen.
De Serie A
In de Serie A strijden 20 clubs om het Italiaanse kampioenschap, de Scudetto ofwel het 'schildje'. De ploeg die kampioen wordt, mag het hele volgende seizoen met deze Scudetto in de Italiaanse driekleur op het shirt pronken. Een ploeg die deze onderscheiding 10x wint, mag een gouden ster op het shirt dragen. Juventus (2 sterren; meer dan 20x kampioen!), Milan en Inter hebben zo'n ster.
Juventus (Torino), AC Milan (van 1988 tot 1994 bekend van de Hollanders Gullit, Rijkaard en Van Basten- 'I Tulipani'), Internazionale (kortweg 'Inter' , ook uit Milano), AS Roma, Lazio Roma en tegenwoordig ook Fiorentina (uit Firenze) en Palermo (verassend vaak hoog geeïndigd de laatste jaren) zijn de grote(re) ploegen die het Italiaanse voetbal beheersen.
Pakweg tussen 1988 en 1998, met hulp van ploegen als Parma, Sampdoria en Napoli deden ze trouwens hetzelfde in heel Europa. De laatste jaren wil vooral AC Milan nog wel eens een Europese prijs pakken.
Vooral de eerste 3 bovengenoemde clubs zijn wereldberoemd; het zijn ware instituten met een geweldige geschiedenis, vele prijzen en -niet te vergeten- hele mooie shirts. De ploegen worden -naar hun clubkleuren- respectievelijk genoemd:
I Bianconeri; I Rossoneri en I Nerazzurri. Bijna alle clubs hebben tegenwoordig internetsites zoals Juve, Milan en Roma.
![]() | ![]() | ![]() |
Via deze sites en via een speciale site kun je nog wel eens het geluk hebben ook aan kaartjes voor una partita (een wedstrijd) te kunnen komen, iets waarvoor je het anders eigenlijk vooral moet hebben van de zwarte markt die welig tiert rond het stadion in de dagen en uren voor een wedstrijd.
Een unieke ervaring
Hoewel het voor deze wedstrijden eigenlijk onmogelijk is om tegen een normale prijs aan kaartjes te komen, is het meemaken van 'n derby (een duel tussen 2 teams uit dezelfde stad) een unieke ervaring. Italië kent 4 grote derby's. De grootste en bekendste is die van Milano; de 'Derby della Madonnina'; naar het Madonna-beeldje op het dak van de beroemde Duomo.
De wedstrijd tussen de Rossoneri van AC Milan en de Nerazzurri van Inter is zelfs voor de grootste voetbalhater een belevenis van jewelste; zoveel passie, muziek en lawaai in het schitterende San Siro-stadion. De dagen, zelfs weken voor deze pot voetbal kan er op straat en in de bedrijven maar over één ding gesproken worden en dat is Il Derby; iets wat trouwens ook geldt voor de andere 3 derby's.
Die tussen Juventus en Torino was afgelopen seizoen even uit beeld i.v.m. de degradatie van Juventus naar de Serie B - de eerste divisie - afgelopen jaar. Normaal staat deze wedstrijd voor het heden en het (inter)nationale karakter van 'La Juve' en het roemrijke verleden (1945-1949) van de echte stadclub Torino (La Granata, naar het donkerrode shirt).
In Genova kent men de Derby della Laterna (de eeuwenoude vuurtoren van de havenstad). De beide ploegen spelen komend jaar weer Serie A, omdat Genova wist te promoveren dit seizoen. Sampdoria en Genova maken er jaarlijks de belangrijkste wedstrijd van het seizoen van. Het winnen van deze wedstrijd betekent voor menigeen zelfs meer dan het behalen van het kampioenschap!
Genova is trouwens een van Italië's oudste verenigingen; zoals veel 'Football-clubs' is ze eind van de 19e eeuw opgericht door Engelsen woonachtig in Italië (het woord 'Football' was voor Mussolini niet Italiaans genoeg en hij veranderde het in de jaren '30, toen de Azzurri nog 2x wereldkampioen werden, in Calcio.
De laatste derby is de kleurrijkste (geel/rood tegen hemelsblauw/wit) en de hefstigste; die tussen AS Roma en Lazio. In dit seizoen streden AS Roma en Lazio beide bovenin mee, en ze sloten het seizoen dan ook af met een tweede en derde plek. Dit alles achter kampioen Inter. Ook hier geldt dat AS Roma de 'stadsploeg' is en Lazio meer de club van de streek.
Zoals gezegd komt supportersgeweld niet veel voor in Italië (uitzonderingen zoals in Roma daargelaten) en is een wedstrijd op een mooie zondag in mei, als de competities hun beslissende fase ingegaan zijn, echt een belevenis. De gepassioneerde Italianen zullen het trouwens meer dan waarderen dat je van zo'n festijn deelgenoot wilt zijn. Dus mocht je in de gelegenheid zijn om een wedstrijd mee te maken, ook al ben je absoluut geen tifoso; ga !
Met dank aan nostro amico Joost Kuiper.